Ranonkels planten

Ranonkels houden van een zonrijke standplaats. Een plek met ’s ochtends schaduw en ’s middags zon is ook goed. Maar de ranonkel heeft de zon nodig om volledig tot bloei te komen. De beste tijd om de ranonkels te planten is in november-december óf in het voorjaar in april/mei. Zorg er wel voor dat de grond goed gedraineerd is. Wij adviseren om de ranonkel bollen, net als anemonen, een nachtje in water te weken.

Hoe moet je ranonkels planten?

Ranonkel bollen kun je planten in zaaitrays om voor te trekken, in potten óf in de volle grond. Je kunt de bollen planten in het najaar óf in het voorjaar. Als er kans is op strenge vorst is het beter om ze pas in het voorjaar te planten. Plant je toch in het najaar? Leg dan een hoop bladeren mos op de plantplek. Voor ranonkel bollen is het belangrijk dat je de droge knolletjes eerst een nacht laat weken in water. De knolletjes zijn dan zachter en gaan sneller wortelen en groeien.

Op welke plaats kan ik ranonkels planten?

Ranonkels houden van een zonrijke standplaats. Een plek met ’s ochtends schaduw en ’s middags zon is ook goed. Maar de ranonkel heeft de zon nodig om volledig tot bloei te komen.

Hoe diep moet je ranonkels planten?

Je plant de ranonkel bollen op slechts 5 cm diep. Je kunt de ranonkel bollen ook zachtjes in de losse grond drukken tot ongeveer 5 cm onder de grond. Geef na het planten de plek veel water zodat de border goed doorweekt is.

Hoe ver uit elkaar moet je ranonkels planten?

Ranonkel bollen plant je met ongeveer 8-15 cm afstand tussen iedere bol. Zo kan ieder plantje voluit groeien. Wil je ranonkels tussen andere soort bollen planten? Dan kun je meer afstand houden, zo’n 30 cm.

Hoe plant je ranonkels in potten?

Heb je een terras of tuin met veel steen? Dan is het leuk om ranonkels in potten te planten. Je kunt potten maken volledig gevuld met ranonkels óf gecombineerd met andere zomerbloeiers. 

Vul de pot allereerst met potscherven, schelpen of hydrokorrels voor een goede drainage. Een klein laagje is voldoende. Ook is het handig om enkele kleine gaten onderin te pot te hebben zodat overtollig water eruit kan. Vul de pot hierna met potgrond tot ongeveer 10 cm onder de rand. Strooi de bollen in de pot en vul de pot daarna aan met tot de rand met potgrond. Geef water en voila!

Als het in de winter voor een langere periode gaat vriezen, zet de potten dan even in een schuurtje of wikkel de potten in noppenfolie. Vorst kan namelijk eenvoudig diep en vanuit meerdere kanten in een pot doordringen en de bol beschadigen.